Anders naar afval kijken. Daar is Coos Brouwer uit Wilnis goed in. Dat doet hij in zijn werk, in zijn functie als raadslid én thuis. Waar afval goed gescheiden wordt, kan het dienen als nieuwe grondstof en zodoende worden hergebruikt. En dan is het volgens Coos eigenlijk doodeenvoudig: “Het beter scheiden van afval zorgt voor ruimte in containers én voor ruimte in de portemonnee.”
Afval is een van de thema’s waar Coos Brouwer uit Wilnis zich volop mee bezighoudt in zijn dagelijks werk. Als ‘QHSSE manager’ bij ‘s werelds grootste dienstverlener in temperatuur gecontroleerde logistiek is het zijn taak om anders te kijken naar afval. Organisch afval in dit geval: brood, patat of fruit. Op welke manier kun je dat nog in de markt zetten? Wat kan je doen met brood of patat dat niet meer verkocht kan worden? En hoe kunnen we zo min mogelijk verspillen? Dat zijn vragen waar Coos zich over buigt. Hij spreekt in dat geval liever niet meer over afval, maar denkt in mogelijkheden van nieuwe grondstoffen.
En die andere kijk op afval gaat voor Coos verder dan zijn werk alleen. Als raadslid draagt hij de verantwoordelijkheid voor een goed een passend afvalbeleid binnen de gemeente en heeft hij een voorbeeldfunctie. “Daarin wilde ik graag nog een stap verder gaan; zodoende heb ik me aangemeld als afvalambassadeur’’, vertelt hij. “Ik mag met inwoners in gesprek over afval en stimuleer hen afval beter te scheiden. Ik vind het dan ook een goede zaak dat de gemeente inwoners nu actief uitnodigt over te gaan op een kleinere container voor het restafval.”
Voor Coos gaat deze kleinere container absoluut toereikend zijn. “Mijn vrouw en ik scheiden ons afval dusdanig dat we nauwelijks restafval overhouden”, zegt hij. “Waar ik inwoners graag van bewust wil maken is dat – met uitzondering van het restafval – al het afval eigenlijk als nieuwe grondstof kan dienen. Gft-afval wordt compost, plastic kan uitstekend worden gerecycled en datzelfde geldt voor papier. In onze gemeente krijgen verenigingen de kans het oud papier op te halen en daar een zakcentje voor hun club mee te verdienen. Ook dat is geweldig. Ik steek hen graag een hart onder de riem en bied via deze weg graag mijn hulp aan om op zaterdag mee te lopen met de papierinzameling.”
Afval dat niet apart wordt ingezameld, houdt Coos apart om naar de gemeentewerf te brengen. “Denk hierbij aan klein chemisch afval, kwasten, batterijen en vetresten”, zegt hij. “Ook daar wil ik inwoners graag op attenderen in de gesprekken. Wat hoort waar? Om mij nog beter te laten informeren wil ik ook graag meedraaien op de gemeentewerf. Welke componenten komen naar binnen? En waar kunnen we inwoners nog beter in adviseren? Als we met elkaar de reststromen nóg beter scheiden, kan meer worden hergebruikt én kunnen de kosten voor het verwerken van het restafval omlaag. Daar hebben we allemaal baat bij.”
Zelf kan Coos niet wachten om zijn grote container in te ruilen: “Ik ben blij dat wij straks een kleintje krijgen!”, besluit hij lachend.